Onderzoek: Rashond is kalmer en socialer dan kruising
Welke zijn beter: rashonden of kruisingen, de perfecte manier om op je hondenschool of kynologische vereniging een uitgebreide, niet zelden verhitte, discussie te beginnen. Want, zegt de ene kant, kruisingen zijn gezonder, hebben minder erfelijke problemen, en -adopt don't shop- er zijn al veel te veel honden in het asiel. Rashondenliefhebbers komen dan met argumenten als bekende voorouders dus stabiel gedrag, gezondheidsonderzoeken etc.
Ongeacht of die gezondheidsissues nu waar zijn of niet, onderzoeken spreken elkaar daarop nogal eens tegen, hoe zit het met het gedrag van kruisingen versus rashonden, en dan beleeft door hun eigenaren. In buurland Duitsland is daar uitgebreid onderzoek naar gedaan door onderzoekers van de Universiteit van Boedapest. Een van de eerste onderzoeken ooit, ondanks dat kruisingen/niet-rashonden in veruit de meeste landen vaker voorkomen dan rashonden.
En dus wordt veelal gemakshalve aangenomen dat wat voor de fysieke gezondheid van kruising of ras geldt, ook wel zal gelden voor het gedrag. Dierenrechtenorganisatie PETA claimt op haar website ", "Mixed-breed dogs are wonderful compared to purebred dogs who have a greater tendency to be nervous, neurotic and excitable." Enig bewijs voor dit, net zo min als bewijs voor het tegendeel, is nergens te vinden.
Grote groep
Het onderzoek ging niet over een kleine groep honden, 7700 rashonden (meer dan 20 rassen), en 7691 kruisingen deden -via hun eigenaar- mee in het onderzoek. Het Duitse hondentijdschrift "Dogs" publiceerde de vragenlijst zowel off- als online, en liet deze vijf maanden openstaan.
En dan komen de cijfers. Volgens hun eigen eigenaren zijn kruisingen heel wat minder kalm dan hun rasechte soortgenoten. Eigenaren moesten beoordelen of de honden kalm waren door aan te in hoeverre ze emotioneel in balans waren versus angstig of gestressed gedrag. " The least calm dogs were less than 2.5 years old, neutered and acquired after the first 12 weeks of age, while the calmest dogs were older than 6.9 years.", zo concluderen de onderzoekers buiten de rasafkomst om. Meer specifiek, " mixed-breeds were less calm than purebreds, older dogs were calmer, and neutered dogs were less calm. Dogs acquired before 12 weeks of age were calmer than dogs acquired at older age. Owners under the age of 18 years assessed their dogs as calmer than older owners’ assessments."
En ook bleken de kruisingen heel wat minder sociaal te zijn jegens soortgenoten. Volgens de eigenaren waren kruisingen lang niet zo bereid om speeltjes met andere honden te delen als rashonden deden, rashonden verdeeld over de ruim 20 rassen. De "mutts" waren eerder wat meer op ruzie en bullygedrag uit. De onderzoekers: " older dogs were less sociable towards other dogs than younger dogs; we found higher sociability in females than in males, and in dogs acquired between 2–12 weeks of age, than in dogs acquired at older ages. Owners younger than 30 years of age reported lower sociability in their dogs than older owners did."
Twee gedragseigenschappen verschilden niet: Beide "soorten" waren ongeveer even goed trainbaar, en ook in assertiviteit bleek er weinig verschil. Echt gedragsproblemen worden ook door verschillende eigenaren anders gezien. Eigenaren van rashonden, oudere honden en van teven zien minder gedragsproblemen. Hoe meer training de hond kreeg, hoe minder gedragsproblemen, en eigenaren die langere wandelingen maken met hun hond vinden ook dat hun maatje minder "lastig" is.
Volgens de onderzoekers liggen de oorzaken vooral buiten de hond. Een goede verklaring zou kunnen zijn dat fokkers van rashonden met angstige of ruzieachtige honden liever geen nest krijgen, en met kalme, gemakkelijke honden wel. Met die laatsten wordt gefokt, en die eigenschappen worden dan genetisch doorgegeven.Bij kruisingen is vaker sprake van toevallige nesten, of wordt minder zorgvuldig gefokt, dus ook minder positieve gedragseigenschappen blijven in de genen bewaard. Althans, dat denken de onderzoekers.
Omgeving
Maar ook de omgeving speelt mee. Kruisingen blijken in Duitsland althans vaker te wonen bij vrouwen, die jonger zijn dan de rashondeneigenaar, en met een minder hoge opleiding. Vaak hadden de eigenaren van kruisingen ook minder hondenervaring, en kregen de niet-rashonden minder vaak training, ze komen minder op de hondenschool. Tot slot zijn niet-rashonden meestal de enige hond in huis, rashonden leven vaker in meerhondshuishoudens. En ja, de stamboomloze honden waren ook vaker gecastreerd, en uit ander recent onderzoek bleek dat ook effect te hebben op gedrag.
En zo komen de onderzoekers tot de conclusie dat er wel degelijk verschillen zijn in het gedrag tussen rashonden en kruisingen, maar dat die verschillen in het algemeen niet aan het ras cq. de kruising ligt, maar aan de omgevingsfactoren. De eigenaar, de mate van training, de fysieke buitenomgeving.
bron
Owner perceived differences between mixed-breed and purebred dogs