Vliegen is niet voor alle rassen weggelegd
Voor het vervoer van een hond naar een ander land wordt veelal gebruik gemaakt van een vliegtuig. Maar vliegen is niet voor iedereen weggelegd. Dogzine keek naar de regelgeving hierachter en de beweegredenen van de luchtvaartmaatschappijen.
Veel luchtvaartmaatschappijen hebben als regel dat een groot aantal brachycefale rassen niet mee mag op een vlucht. Om te begrijpen waarom die regel bestaat is een uitleg van brachycefaal nodig. Brachycefaal wil zeggen dat de voorsnuit korter is dan de scheel. De wijze om dit te meten is niet vastgelegd en er zijn diverse manieren voor. De aanhangers van de verschillende methodes zijn het onderling uiteraard niet eens, en welke methode de luchtvaarmaatschappijen hanteren is niet geheel duidelijk, maar algemeen gaat men uit van de rasstandaard, gecombineerd met een lijst van honden die algemeen geaccepteerd “bulldogachtig” zijn.
Waarom zijn de vliegtuigmaatschappijen zo beducht voor net vervoer van dit soort rassen? Aan de ruimtes in de vliegtuigen ligt het niet, de klimaatbeheersing daar is volledig in orde. Toch is er een goede reden om dit hondentype te weigeren. Er zijn te vaak dieren overleden namelijk. Maar wat is de reden van die overlijdens?
Een zoektocht leverde antwoorden op deze vraag.
In juli 2010 kwam het ministerie van Transport van de USA met een onderzoek dat aantoonde dat kortsnuitige rassen een groter risico lopen op overlijden tijdens het reizen per vliegtuig dan dieren met een normale snuitlengte. Normaal betekent hier dat de snuitlengte ongeveer gelijk is aan die van de schedel zelf. Over de periode van vijf jaar waarin onderzoek werd gedaan overleden 122 honden, waarvan ruim de helft kortsnuiten. 25 dieren bleken Engelse Bulldogs, 11 waren er Mopshonden.
De oorzaak hiervan is het feit dat kortsnuiten makkelijk ademhalingsproblemen hebben. Voeg daaraan het feit toe dat er steeds vaker sprake is van overgewicht en de risicofactor stijgt dramatisch.
Kortsnuitige honden hebben vaak een te lang zacht gehemelte, minder goed geopende neusgaten en een smallere luchtpijp. Hierdoor is de ademhaling minder makkelijk maar ook het afkoelen wordt belemmerd. Voeg hieraan toe dat alle zachte delen in de bek opzetten bij opwinding en warmte en het risico voor oververhitting, bewusteloosheid of zelfs verstikking stijgt enorm.
Maar waarom is het risico tijdens een vliegreis dan zoveel groter? Dat heeft alles te maken met de wijze van vervoer. De dieren worden vroeger ingechecked dan de passagiers en moeten daardoor soms enige tijd wachten in loodsen of andere ruimtes. In de reisbenches uiteraard. Het wachten, de geluiden, de temperaturen, het zijn allemaal dingen die stress kunnen veroorzaken. Vervolgens worden ze in de laadruimte geplaatst, waar weliswaar ruimte is maar ook dit geeft weer stress. Al deze omstandigheden samen kunnen daardoor leiden tot de bovengenoemde zaken.
En door de bouw van hun ademhalingssysteem lopen de kortsnuitige rassen een groter risico op problemen dan de normaalsnuitige rassen.
Het is daarom altijd van groot belang om wanneer je luchtreizen wilt maken met je huisdier, de volgende zaken te onthouden:
- Zorg dat er geen overgewicht is
- Zorg dat de hond aan de bench gewend is om stress te vermijden
- Een kleedje met een vertrouwde geur is prima, maar pas op met grote kleden of dekens; die kunnen verstikking en oververhitting in de hand werken.
- In geval van kleine dieren kan het mogelijk zijn het dier in een kleine reisbench in de cabine te laten reizen. Indien dit mogelijk is verdient dit altijd de voorkeur.
- Kies je vlucht zorgvuldig, probeer koele tijden te kiezen of, wanneer het koud is, probeer mildere temperaturen te kiezen.
- Vermijd indien mogelijk overstappen, zeker als hierbij de tussentijdse wachttijd lang is.
- Kalmeringsmiddelen worden ten strengste afgeraden aangezien deze de kans op gezondheidscomplicaties kunnen vergroten.
Veel luchtvaartmaatschappijen wijzen dus het vervoer af van een hele reeks brachycefale rassen, reden waarom deze steeds vaker met particuliere vervoerders reizen. Maar ook hier geldt dat de risico’s niet zozeer liggen in het vliegen zelf maar in het wachten van te voren en tussendoor, waardoor de dieren blootgesteld worden aan allerlei omstandigheden. Omstandigheden die niet altijd even gunstig bleken voor de dieren.
Wie toch wil reizen moet weten dat de meeste maatschappijen een lange lijst rassen afwijzen. Vooraf informeren is dus aan te raden.
De meest geaccepteerde lijst is deze:
- American Bulldog
- American Staffordshire Terrier
- American Pit Bull Terrier
- Boston Terrier
- Boxer
- Griffon (alle types)
- Mopshond
- Chow Chow
- Engelse Bulldog
- King Charles spaniel
- Franse Bulldog
- Lhasa Apso
- Japanse Spaniel (Chin)
- Mastiff (alle rassen)
- Pekingees
- Shar Pei
- Shih Tzu
- Staffordshire Bull Terrier
- Tibetaanse Spaniel
Bij de meeste maatschappijen is ook de Affenpinscher, de Bordeaux dog en de Presa Canario niet toegestaan, bij andere vallen de laatste twee simpelweg onder de Mastiff-achtigen. Wie een dergelijk ras wil vervoeren via een vliegtuig moet zich dus goed informeren.
bron