• Fokkerij moet op de schop om goede huishonden te blijven fokken

Fokkerij moet op de schop om goede huishonden te blijven fokken

Leestijd
5 minuten
Tot nu toe gelezen

Fokkerij moet op de schop om goede huishonden te blijven fokken

di, 08/13/2019 - 13:33

Het hele model van fokken met honden voor de gezelschapsdierenmarkt moet op de schop. Dat betogen wetenschappers van de La Trobe University in Wodonga, Australië. Jessica Dawson en collega’s vinden dat er grondig anders moet worden gekeken naar fokken om zo voldoende goede honden voor de reguliere “huishondenmarkt” te fokken. Een heel andere manier om aan te kijken tegen castratie is daarvoor ook nodig.

De opstellers stellen dat vooral in de (verstedelijkte) westerse wereld er een bepaald beeld van “verantwoordelijk eigenaar” is ontstaan, waarbij (vooral in de VS en Australië, maar ook in West-Europa) naast voldoende voeding, water, aandacht, verzorging bij ziekte etc. ook castratie van de hond onderdeel vormt van verantwoordelijk eigenaar zijn. Immers, wie castreert, voorkomt pups, overbevolking in de asielen en is zo duurzaam bezig met zijn hond. En dus wordt in dit soort landen het merendeel van de honden tussen de 12 weken en ca. 1 jaar gecastreerd.

Maar, zo menen de onderzoekers, daarmee wordt de vernieuwing van de populatie overgelaten aan een bepaald soort fokkers. Fokkers die feitelijk niet bezig zijn met het fokken voor de (grote) markt van mensen die gewoon een gezellige huishond nodig heeft, die in een druk gezin in verstedelijkte omgeving kan leven, maar fokkers die andere motieven hebben.

Rashondenfokkers immers fokken voor shows of voor sportevenementen. Honden moeten daarbij aan standaarden voldoen, of aan bepaalde werkkwaliteiten of beide. De kwaliteit “lieve huishond” hoort daar vaak niet bij. “Dit heeft geleid tot overdreven fenotypes geassocieerd met ernstige gezondheidsproblemen. Bovendien kan het leiden tot de productie van honden met gedragskenmerken die meer geschikt zijn voor hun traditionele rol als herders, retrievers of waakhonden, dan voor een leven waarin van hen wordt verwacht dat ze vriendelijk, gehoorzaam, aanhankelijk, gemakkelijk en lief zijn met kinderen. Hoewel veel hobbyfokkers hun puppy's thuis laten opgroeien en de meeste van hen ze ook als gezelschapsdieren verkopen, is een extra zorg een opkomende trend voor "verantwoordelijke" fokkers in deze groep om puppy's voorafgaand aan de verkoop te castreren (vooral in de VS). Dit heeft implicaties voor de gezondheid en ontwikkeling van de puppy's , maar betekent ook dat fokkers hun fokhonden op zeer jonge leeftijd moeten selecteren voordat ze kunnen zien hoe ze zich als volwassenen ontwikkelen.”

Een tweede groep fokkers zijn de commerciële fokkers. Niet zelden groeien pups daar in weinig socialiserende omstandigheden op, ook is de controle op voorouders, genetische aandoeningen etc .voorzichtig gezegd nogal beperkt. “In tegenstelling tot hobbyfokkers produceren commerciële fokkers vaak specifiek honden voor de gezelschapsmarkt. Om hun onderneming levensvatbaar te maken, werken deze fokkers meestal op grotere schaal dan hobbyfokkers. Men zou zich kunnen afvragen of grootschalige fokfaciliteiten in staat zijn om puppy's te voorzien van adequate stimulering van het milieu en socialisatie. Fokkers die 'puppyfarms' exploiteren, worden vaak veroordeeld wegens overbezetting, slechte sanitaire voorzieningen en andere problemen. Zelfs de beste commerciële instellingen zijn echter minder in staat zijn om de gesimuleerde 'thuisomgeving' te bieden waaraan puppy's die bestemd zijn voor gezelschapsleven aan moeten worden blootgesteld. Eerder onderzoek liet al zien dat er aanzienlijk meer gedragsproblemen, zoals angst, angst en agressie etc, voorkomt bij honden uit dierenwinkels, waarvan vele hun puppy's bij commerciële fokkers betrekken.”

Fokkersgroep drie zijn de thuisfokkers met af en toe een nestje, kruisingen of look-alikes. Het grote publiek zeg maar. Daar is het probleem dat -aldus de wetenschappers- de verantwoordelijke eigenaren die hun hond goed en gedegen opvoeden, dus ook de hond castreren. “Vandaar dat de allerbeste gezelschapshonden in deze groep, diegenen die in het bezit zijn van verantwoordelijke mensen die hun honden zorgvuldig uitkiezen en ervoor zorgen dat ze correct worden gefokt, vrijwel zeker degenen zijn die het meest waarschijnlijk worden gecastreerd. Omgekeerd zijn het de eigenaren van gezelschapsdieren die het "verantwoorde" gedrag van het castreren van hun hond nalaten, die het meest waarschijnlijk zullen fokken. Deze 'fokkers' doen zelden aan genetische selectie en ander onderzoek zoals het zorgvuldig selecteren van hun hond of het evalueren van de geschiktheid van de hond als metgezel voordat hij zich kan voortplanten. Met andere woorden, ze beschouwen de genetische en omgevingsfactoren waarvan bekend is dat ze kritisch zijn voor een optimale puppyontwikkeling zelden grondig.”

En dus, door de grootschalige castratie bij verantwoorde hondenbezitters en de heel andere belangen bij rashondenfokkers, commerciële fokkers en huis-tuin-en-keukenfokkers vallen de “goede” genen, de honden die bewezen gezelschapshonden zijn, al vroeg uit, en is de genenpool waaruit de nieuwe generatie huishonden moet komen zelden getest op geschiktheid als huishond. Aldus de onderzoekers.


 


Hoe dit te veranderen?  “Om de kans op harmonieuze relaties tussen moderne eigenaren en hun gezelschapsdieren te vergroten, zijn we van mening dat er drie wijzigingen moeten worden aangebracht in de huidige fokpraktijken,”  schrijven de wetenschappers.

Ten eerste is het absoluut noodzakelijk dat fokkeuzes en puppy-opgroei-processen, zoals werp- en socialisatieprocedures, worden gebaseerd op empirisch verkregen kennis van de beste praktijken. “Wij zijn van mening dat alle fokkers moeten worden opgeleid om de cruciale rol te begrijpen die zij spelen bij het leveren van honden die geschikt zijn voor de gezelschapsmarkt, zowel door de volwassen honden waaruit ze kiezen als de vroege ervaringen die ze aan puppy’s bieden.”  Oftewel, cursussen, alle honden met papieren leveren en alles vastleggen.

“Ten tweede bepleiten we dat alle honden onafhankelijk moeten worden getest op geschiktheid (als huishond) voordat ze worden gefokt - net zoals fokkers nu adverteren dat de ouders van hun puppy's succesvolle showhonden zijn, of dat ze vrij zijn van bekende genetische aandoeningen.” De pups moeten dus met gedragstest-papieren van hun ouders worden afgeleverd, papieren die net zo gewoon moeten worden als een HD-verklaring of een epilepsie-onderzoek (in bepaalde rassen dan). “We verwachten dat verantwoordelijke fokkers bereid zijn te betalen voor deze onafhankelijke certificering, net zoals ze momenteel betalen voor genetische tests, oogonderzoek en tests voor heupdysplasie.”

Ten derde moet een samenwerkingsbenadering worden bevorderd tussen fokkers en kopers/eigenaren van gezelschapshonden, waarbij eigenaren worden uitgenodigd om een ​​cruciale rol in het fokproces te spelen. “Hoewel fokkers de vaardigheden bezitten die nodig zijn om honden en puppy's met succes te fokken, zijn eigenaren van gezelschapsdieren vaak in de beste positie om honden in staat te stellen zichzelf te "bewijzen" als geschikte fokhonden door de reacties van hun hond op een reeks relevante ervaringen te observeren.”

En dus -zeggen de onderzoekers- moeten we anders gaan kijken naar castratie en sterilisatie. Momenteel worden dus heel veel goede huishonden uit de genenpool gewipt, simpelweg doordat de “verantwoordelijke eigenaar” castreert. “Hoewel we het erover eens zijn dat honden met een onbekende geschiedenis routinematig moeten worden gecastreerd, evenals honden van ouders waarvan bekend is dat ze niet geschikt zijn als gezelschapshonden, pleiten we voor een genuanceerder benadering van sterilisatie, waarbij puppy's van honden zorgvuldig worden gekozen voor hun gezelschapskenmerken en geplaatst in huizen met eigenaren die ermee instemmen om het fokken te voorkomen totdat hun hond grondig kan worden geëvalueerd, moet de mogelijkheid hebben om intact te blijven.” Oftewel, houd je hond intact tot je zeker weet dat je ofwel niet kunt fokken omdat het gedrag (of de gezondheid) onvoldoende is, ofwel, totdat je zeker weet dat het een geschikte huishond is om er wel mee te fokken. “Als, wanneer volwassen, deze honden geschiktheid tonen als fokhonden, kunnen ze tijdelijk worden teruggestuurd naar de fokker voor fokdoeleinden. Als alternatief, als de fokker niet de middelen en tijd heeft om de puppy's in hun huis op te voeden, kunnen geselecteerde eigenaren hun teefje laten werpen onder goede begeleiding van een ervaren fokker. Dit model zou puppy's een optimale vroege omgeving kunnen bieden, dicht in de buurt van die waarin ze naar verwachting als volwassenen zullen leven, en het zou fokkers toegang geven tot een bredere pool van honden om te fokken. Het zou ook de huidige situatie voorkomen, waarbij fokkers moeten selecteren welke honden ze op zeer jonge leeftijd moeten houden om te fokken, voordat er kenmerken van volwassenheid en dus eventuele geschiktheid zichtbaar zijn. Dit kan de genenpool versterken en inteelt verminderen.”

De onderzoekers zien ook wel schaduwkanten aan dit collaboratie-model. “Fokkers en eigenaren kunnen het oneens zijn over veel dingen, zoals of een bepaalde hond geschikt is om te fokken en wie eigenaar is van geproduceerde puppy's. Er bestaat ook een potentieel voor willekeurig fokken, en dit kan bijdragen aan verdere overbevolking en de druk op asiels verhogen, hoewel we denken dat het op populatieniveau minder riskant is dan de huidige praktijk om de allerbeste gezelschapsdieren uit de fokpool te verwijderen.”

Een goede selectie van eigenaren, duidelijke (wettelijke) contracten, dat zijn standaard voorwaarden voor het slagen, menen de wetenschappers. “Op de lange termijn zou een meer doordachte benadering van het fokken van gezelschapsdieren helpen de kloof tussen de verwachtingen van de eigenaar en de beschikbare honden te verkleinen. Dit is echter alleen mogelijk als de houding ten opzichte van sterilisatie wordt aangepakt en "verantwoordelijk eigendom" wordt uitgebreid met een dynamisch partnerschap tussen eigenaren.”

Fokkerij moet op de schop om goede huishonden te blijven fokken